Vergeten smallcaps bieden fantastisch rendementspotentieel
Over Nederlandse smallcaps bestaan veel misvattingen; het segment zou een te kleine vijver zijn, weinig rendement bieden en Nederlandse bedrijven zouden teveel achterstand hebben in de internationale hightech-race. Steeds minder beleggingsfondsen specialiseren zich in deze ‘polderaandelen’, analisten haken af en beleggers hebben de blik over de grenzen gericht.
In schril contrast met dit negatieve plaatje staan de resultaten die Add Value Fund sinds de oprichting in februari 2007 heeft geboekt. In deze periode bleef het smallcap-fonds de wereldaandelenindex met ruim 70% voor en de eigen benchmark, de Midkap-index, met maar liefst 100 procent. Gemiddeld bedraagt het rendement 8,4% per jaar en dat is inclusief de grootste financiële crisis van 2008, stelt Wiersma. ‘De geringe aandacht voor dit marktsegment is onverdiend.’
Koerswinsten kunnen snel oplopen
Hét voordeel van smallcaps is dat ze heel snel kunnen groeien en daarmee voor aantrekkelijke rendementen zorgen, stelt Wiersma. ‘De koerswinstverhouding op de beurs kan dan snel stijgen. Koersen kunnen zelfs verdubbelen, in relatief korte tijd. Onze grootste participatie ASMI is dit jaar al ruim 190% in waarde gestegen. Stijgt de beurswaarde boven een miljard dan raken doorgaans ook buitenlandse beleggers geïnteresseerd.’
Dat deze bedrijven in een kleine, ontwikkelde markt als Nederland zijn gevestigd is geen belemmerende factor voor groei. Relatief veel Nederlandse smallcaps zijn op het buitenland gericht waar ze meeliften met sterker groeiende economieën. ‘Veelal gaat het om marktleiders in nichemarkten, die hoge winstmarges kunnen behalen. Veel van deze succesvolle bedrijven zijn business-to-business, dat zie je ook in onze portefeuille terug’, aldus Wiersma.
Ook overnames op de smallcap-markt zijn een smaakmaker voor beleggers. ‘Sinds de oprichting van het fonds hebben we 11 overnames meegemaakt. De laatste was Koninklijke TenCate in 2015. Bij die overnames incasseerden we een gemiddelde premie van 37%. Autonome koerswinst is echter onze belangrijkste rendementsbron.’
Nederland is niet te klein
Te klein is de Nederlandse smallcapmarkt zeker niet, stelt Wiersma. ‘Er zijn minder noteringen dan vóór de kredietcrisis, maar sinds 2015 gaan er weer meer bedrijven naar de beurs dan dat er vertrekken. Onder meer Lucas Bols, Flow Traders, NIBC, ForFarmers, BasicFit, B&S Groep, Takeaway en Adyen gingen naar de Amsterdamse beurs. Wiersma: ‘Meestal beleggen we niet direct in nieuwkomers. Eerst wil je zien hoe een bedrijf het op de beurs doet en voer je gesprekken met het management. Private equity partijen brengen bedrijven doorgaans tegen een hoge waardering naar de beurs. Niet zelden daalt een koers na een beursgang.’
Add Value Fund heeft als een van de weinige fondsen de pure focus op Nederlandse smallcaps behouden, al is de beleggingsgrens voor bedrijven wel opgerekt: van een beurswaarde van 5 miljard euro tot maximaal 7,5 miljard euro. Andere Nederlandse smallcapfondsen hebben hun focus wel verlegd, bijvoorbeeld door uit te breiden naar Duitsland. ‘Echt succesvol was dat niet. Wij spreken bedrijven toch al snel drie tot vijf keer per jaar, dat is toch lastiger in het buitenland. Dichtbij huis kun je ook beter de beleggingsrisico’s in de gaten houden’, stelt Wiersma.
Wiersma ziet voldoende keuzemogelijkheden in het marktsegment. ‘Daarbij is kwaliteit belangrijker dan kwantiteit. We hebben zelfs sectoren zoals retail, olie en gas, de bouw, banken en verzekeraars uitgesloten omdat we niet geloven dat deze veel waarde toevoegen. Op dit moment vallen ruim 60 bedrijven in ons universum, we hebber er momenteel 13 in portefeuille. Dat zijn vooral hightechbedrijven die wereldwijd actief zijn.’
Sterk in hightech
Bevlogen praat Wiersma over Nederlandse bedrijven als ASMI, Besi en Kendrion. ASMI en Besi als leidende bedrijven in de halfgeleiderindustrie, Kendrion als toeleverancier van magneten voor o.a. robottoepassingen. ‘Nederland is een grootmacht in de halfgeleiderindustrie. In een jaar tijd kunnen bedrijven zoals deze voor tientallen procenten koerswinst zorgen, vooral als buitenlandse beleggers op het spoor komen van de intrinsieke waarde van dergelijke innoverende bedrijven.’
Wiersma kijkt terug op goede rendementen, ook voor de toekomst zijn de verwachtingen rooskleurig. ‘Er staat allereerst nog heel veel cash langs de zijlijn. Bedrijven staan er nu bovendien een stuk beter voor dan 12,5 jaar geleden. Het einde van de bullmarkt in aandelen is nog lang niet in zicht.’
Er zijn volgens Wiersma bovendien nu weinig alternatieven voor aandelen. ‘Ja, de waarderingen zijn op dit moment hoger en dat geldt in mindere mate ook voor de Nederlandse markt, Add Value Fund keert echter circa 3 procent dividend uit, 12,5 jaar geleden was dat nog 2 procent. Daarbij komt dat de spaarrente in die tijd 2,75 procent bedroeg, inmiddels nagenoeg nul. In het licht van die verschillen kun je concluderen dat aandelen nu relatief spotgoedkoop zijn.’